Het formaat van een kunstwerk bepaalt in grote mate hoe het in een ruimte tot zijn recht komt. Een te klein werk kan wegvallen tegen de muur, terwijl een te groot werk de ruimte kan overheersen. In deze blog lees je hoe je eenvoudig het juiste formaat bepaalt op basis van de muur, de meubels en de afmetingen van de kamer.

1. Houd rekening met de muurbreedte
Als richtlijn mag een kunstwerk ongeveer 60 tot 75% van de breedte van de muur of het meubelstuk beslaan waar het boven hangt. Hierdoor ontstaat visueel evenwicht.

2. Formaatadvies per situatie
• Boven de bank: breedte van het kunstwerk = ± ⅔ van de bank
• Boven een dressoir of tafel: laat minimaal 20 cm ruimte aan beide zijkanten
• Op een vrije muur: het werk mag gerust groter zijn (bijvoorbeeld 100 cm of meer)

3. Grote of kleine ruimte?
Een kleinere kamer hoeft niet per se kleine kunst te hebben. Een iets groter werk kan de ruimte juist optisch groter laten lijken, mits er voldoende vrije ruimte omheen blijft.

4. Hanghoogte als onderdeel van de beleving
Het midden van het kunstwerk hangt idealiter op ooghoogte, gemiddeld tussen 145 en 155 cm vanaf de vloer. Bij grote werken mag dit iets lager zijn wanneer ze boven meubels geplaatst worden.

5. Meerdere kunstwerken combineren
Bij combinatie van kleinere werken (bijvoorbeeld in een fotowand) is het belangrijk dat de totale samenstelling hetzelfde effect heeft als één groter werk. Zorg voor gelijke tussenruimtes en stem schaal en verhouding goed op elkaar af.

6. Veelgekozen formaten

Een goed formaat zorgt ervoor dat het kunstwerk onderdeel wordt van de ruimte in plaats van alleen decoratie. Wanneer verhoudingen, hoogte en ruimte rondom kloppen, ontstaat er rust en balans in het interieur.